Leven zonder te weten

Door De vogels van Europa maakte ik kennis met Bart Koubaa. Een aangename kennismaking, al werd die wellicht gestimuleerd door mijn herinneringen aan een kerkkoor en aan een vakantie op Texel. En vooral aan mijn lang vervlogen fascinatie voor vogelen.

Toen ik zestien was, ben ik een poos in de ban geraakt van een nieuwe hobby: het bekijken en determineren van vogels. Ik trok met mijn verrekijker en vogelgids het Haachts Broek, het Trambos of de verboden bossen van graaf de Spoelberch in Wespelaar in, of zeulde op zondag bij zonsopgang een gele rubberboot naar de vaart om er al dobberend te speuren naar futen, reigers, eenden en koeten terwijl de eerste zonnestralen de flarden mist over het water opzogen.

Koubaa laat statisticus Maarten de Ridder nadat hij een opsporingsbericht heeft gezien vogels koubaaover de verdwenen Eddy Bonte, een oude jeugdvriend, onbetaald verlof nemen om hem op te sporen. Als Eddy zelfmoord blijkt te hebben gepleegd, neemt de onrust bij Maarten nog toe. Hij neemt contact op met de familie van Eddy en begint in het verleden te wroeten. Meer dan dertig jaar geleden waren hij en Eddy en nog twee anderen lid van een kerkkoor. De koorleider noemde de pubers de vier samoerai en bracht hen de liefde voor het vogelen bij.

De koorleider nam Maarten, Eddy en een derde vriend mee naar Texel, een paradijs voor vogelaars omdat zowat alle vogels van Europa er kunnen worden waargenomen. Het Nederlandse Waddeneiland herinner ik me ook als een vogelparadijs. Het was een van de laatste vakanties met mijn ouders, zussen en broer. Om me toch mee te krijgen, mocht ik mijn vriend Joan meevragen.

Mijn fascinatie voor het vogelen was al fel geminderd en had plaatsgemaakt voor andere passies, bijvoorbeeld voor het uitgaan. Ik had er net mijn laatste jaar in Leuven op zitten. Ik keek in Texel ook met grote ogen naar de valschermspringers. Ik keerde met Joan vroeger naar huis terug omdat ik opgeroepen was voor de militaire keuring als kandidaat-paracommando, want toen bestond voor de jongens nog de militaire dienstplicht.

In het boek herbeleeft de lezer in een lange flashback de avonturen van het kwartet op het wonderlijke vogelparadijs. We leren Maarten kennen als een zonderlinge dromer, die moeilijk uit zijn woorden komt en er rare gewoonten op nahoudt. De zoektocht neemt hem zo in beslag dat hij zijn vrouw en kinderen verwaarloost. Als de tienerdochter van Eddy Maarten in een emotionele bui halsoverkop zoent, lijkt het er zelfs op dat de statisticus met haar een affaire begint.

Uiteindelijk reist Maarten opnieuw naar Texel om hun onvergetelijke maar bizar geëindigde vakantie van toen over te doen. U begrijpt al dat Bart Koubaa op dat moment bij de lezer grote nieuwsgierigheid heeft gewekt. Wat heeft die pedofiel van een koorleider Eddy wel aangedaan, dat hij na zoveel in onverwerkte trauma’s doorgebrachte jaren toch gekozen heeft om zich via de verdrinkingsdood in het kanaal van het leven te benemen.

Niets dus. Tenminste: Maarten vindt niets. Of beter: de auteur brengt geen klaarheid. Wat niet wil zeggen dat er niet iets zou kúnnen gebeurd zijn. Bart Koubaa heeft de lezer bladzijden lang andere signalen gegeven. Hij heeft de vakantie van de jongens met hun koorleider in Texel op een domper laten eindigen. Zonder al teveel uitleg te geven kneep hij de vriendschap tussen de jongens en hun koorleider eens ze terug waren in hun dorp dood.

De auteur zet daarmee ook de onvervulde verwachtingen naar een ontknoping bij de lezer een hak. En bij de recensenten. Ik las drie besprekingen van De vogels van Europa en alle drie hadden ze weinig begrip voor de wending die Koubaa zijn roman (niet) gaf. Een recensent vond het zelfs ‘onkies van de auteur om zo’n gevoelig onderwerp te gebruiken voor niet meer dan een spelletje’.

Daar ben ik het niet mee eens. Waarom mag een auteur in een roman de verwachtingen van de lezer niet op de proef stellen, zelfs teleurstellen? En waarom zou zoiets over het ene onderwerp minder oirbaar zijn dan over een ander? In het leven is het toch net hetzelfde? Hoeveel mensen moeten hun leven niet verder zonder dat ze iets dat hen heel nauw aan het hart ligt, zeker weten, zelfs zonder de hoop te kunnen koesteren het ooit te weten te komen? Moeten leven zonder te weten is voor veel mensen erg onaangenaam, een dagelijks juk soms.

Anderzijds laten mensen heel vaak in gesprekken en geschriften over tal van afkeurenswaardige praktijken, onderwerpen of misdrijven elkaars verbeelding hoog oplaaien met vermoedens en verdachtmakingen, zonder dat die hard gemaakt worden. De roddeltantes en roddelpers leven ervan. En pedofilie is zonder twijfel zo’n thema.

Dit bericht werd geplaatst in literatuur, samenleving en getagged met , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s