Nu ik eindelijk de twee bestsellers van John Williams te pakken had gekregen (want ik wilde ze niet kopen), las ik tussendoor een pareltje van 40 cent en 126 bladzijden.
De bibliothecaresse had me gewaarschuwd, toen ze me Butcher’s Crossing meegaf. Ze had het al gelezen. ‘En het ik kan je verzekeren, het kruipt onder je nagels’. Ik heb Butcher’s Crossing inderdaad (bijna) in één ruk uitgelezen. En nu kijk ik al uit naar Stoner, dat al op de leesplank ligt te wachten om geconsumeerd te worden.
Maar omdat ik niet de ene Williams na de andere wou lezen, zocht ik iets kleins voor tussendoor. Mijn blik struinde langs de boekenkast en ik ontdekte plots een klein boekje waarvan ik niet wist dat ik de Nederlandse vertaling had: Muizen en mensen van John Steinbeck.
In de humaniora had ik Of mice and men moeten lezen in de les Engels. Ik herinner me dat het me van mijn sokken blies. Ik durf niet meer zweren welke goede leraar van Don Bosco Haacht het tragische en harde verhaal door zijn klas liet lezen, maar ik ben er hem nog altijd dankbaar voor. Maar hoe het verhaal van de slimme George die met de mentaal beperkte reus Lennie zijn diensten als huurarbeider op een boerderij in Californië kwam aanbieden juist in elkaar zat, wist ik na ongeveer 35 jaar niet zo goed meer.
Ik nam het uit de kast en nieuwsgierig begon ik het te herlezen. Van dezelfde auteur had ik al verschillende andere boeken gelezen, niet zo lang geleden bijvoorbeeld het epische meesterwerk Druiven der Gramschap (https://peterdejaegher.com/2014/10/03/in-de-ban-van-tom-joad/). Al na het eerste hoofdstuk wist ik het weer: ik had een geniaal pareltje in handen.
Het begon met een dode muis en een droom. George en Lennie koesteren de droom om met hun spaarcentjes een eigen boerderijtje te kunnen kopen, waar Lennie dan voor de konijnen zal mogen zorgen. Lennie hield ervan om zachte dingen als konijnen of muizen te strelen. Als hij een muis kon vangen, bewaarde hij die in zijn vestzak. Maar als de muis hem in zijn vinger beet, schrok hij en drukte hij met veel te grote kracht op het kopje. Toch kon hij, vervuld van verdriet, niet van het zachte muizenlijfje scheiden en hield hij het kadaver in zijn zak.
De ongelukken die kunnen gebeuren door de combinatie van het geringe verstand en de grote kracht van Lennie hadden het vreemde duo al van een andere boerderij doen weg vluchten. George probeert als een grote broer Lennie goed in te prenten hoe hij zich bij de nieuwe boerderij moet gedragen en wat hij moet doen als het toch fout zou lopen. Als lezer besef je dan dat het zeker fout zal lopen.
Steinbeck beschrijft schitterend de andere personages op de boerderij, de droom die andere outcasts van die kleine gemeenschap aansteekt, zoals de neger of de oude veger die bij een ongeluk zijn had verloor en zijn hond moet laten afmaken, het geworstel van George en Lennie om bij de anderen in de gratie te komen en niemand voor het hoofd te stoten, de gang van zaken in een tijdperk en een samenleving waarin macht plots nog willekeur kan worden.
Ik vroeg me af wanneer Steinbeck het had gepubliceerd. Op de achterflap vond ik het antwoord: in 1937. Op de achterflap vond ik ook het antwoord op de vraag hoe het boekje in onze boekenkast terecht was gekomen: een prijsetiket van de kringwinkel aan het station van Wespelaar. Mijn dochter Winke die deze week haar 21ste verjaardag mag vieren, gaat daar regelmatig snuisteren. Ze vindt dan soms voor geen geld een kleinood tussen de boeken. Voor deze Steinbeck heeft ze 40 cent betaald.
Toen we vrijdag samen op de trein van Brussel naar Leuven zaten, vroeg ik haar wat ze ervan had gevonden. Ze was ervan in de wolken, een geniaal boekje vond ze het. Dat is het helemaal, in nauwelijks 126 bladzijden. Als Butcher’s Crossing onder je vingernagels kruipt, verscheurt Muizen en mensen je hart. Met dank aan mijn dochter, vandaag misschien nog meer dan toen ik het voor het eerst als puber in de klas las.
Dat is zó goed: ook ik heb dat zowel in t nederlands als in t engels: dus we hebben dat boekje zowat in t viervoud in huis!!!!
LikeGeliked door 1 persoon