In “De kat en de generaal” vertelt Nino Haratischwili hoe een oorlogsmisdaad uit 1995 in Tsjetsjenië jaren later op een dramatische wijze doorwerkt in het leven van verschillende mensen. Aleksandr Orlov, de generaal in het verhaal, een van de daders, wijt er de zelfmoord van zijn dochter Ada aan.
Haratischwili is literair doorgebroken dankzij “Het achtste leven (voor Brilka)”, die Tolstoi-achtige roman van haast 1.300 pagina’s over Georgië. In “De kat en de generaal” creëerde ze een complex universum waarin na het uiteenvallen van de USSR de verschillende personages in verschillende graden betrokken zijn of zullen worden bij dat misdrijf in Tsjetsjenië.
Het is de eerste honderd bladzijden niet zo makkelijk om je weg te vinden in de opnieuw haast 700 bladzijden tellende roman. In de proloog maken we kennis met Noera en haar leefwereld. Dit aantrekkelijk en zelfbewust 17-jarig meisje wil ontsnappen aan de perspectiefloze armoede en strenge islamitische regels in haar aartsconservatieve Tsjetsjeense dorp.
Vervolgens laat Haratischwili de tijd en het vertelstandpunt vanuit de belangrijkste personages vooruit- en terugspringen. Het verband tussen die personages wordt pas geleidelijk duidelijk. Zo borstelt de schrijfster uiteenlopende sociale milieus en families, worstelend met de gevolgen van het uiteenvallen van een wereldrijk dat ons, zelfverklaarde vrije en democratische landen, tijdens de Koude Oorlog zo machtig en bedreigend leek.
In de roman zien we hoe de personages reageren als hun misschien niet zo comfortabele maar wel vertrouwde wereld in enkele zengende jaren teloorgaat. Een van hen, de generaal, past zich na het drama in Tsjetsjenië goed aan en wordt steenrijk. Anderen belanden in armoede, voelen zich miskend en vernederd. Nog anderen verhuizen naar Duitsland, waar ze verkommeren van heimwee, afdrijven naar de buitenkant van de samenleving of ambitieus zoeken naar individuele erkenning.
Langzaam weeft Haratischwili het rag waarin de spin wacht, jaren na de mislukte juridische afrekening met de schandelijke wandaad, de persoonlijke manier van de generaal om te trachten in het reine te komen met zichzelf. Ergens halverwege komen we in ruim 25 gruwelijke, lange bladzijden te weten wat er gebeurd is in die schuur waar Russische militairen, verschillend in graden van moed en wreedheid, onderdanigheid en doorzettingsvermogen, zich misdragen hebben tijdens een verhoor, tijdens fysieke wreedheden, tijdens de groepsverkrachting, bij de zelfmoord van één van hen en uiteindelijk ook bij de moord op Noera.
De verschrikkelijke daad verandert Aleksandr Orlov fundamenteel. Deze intelligente zoon van een oorlogsheld uit Afghanistan die zich verzet tegen de diepste wens van zijn moeder om in de voetsporen van zijn vader te treden en die als puber door de jongens van zijn woonkazerne werd buitengesloten en gepest, komt terug in de buitenlucht als een nieuwe, een andere man, een man die van niemand schrik heeft, een generaal. Met lef, wreedheid, geweld, corruptie en chantage werkt hij zich in het nieuwe Rusland op tot een steenrijke oligarch.
In een tijdssprong maken we in Berlijn kennis met Ada, zijn bijna volwassen dochter. Zij aanbidt hem, onwetend over de Tsjetsjeense last op zijn geweten, hij ziet haar zo graag dat hij voor haar een Venetiaans palazzo koopt dat ze naar eigen smaak mag inrichten.
Op zekere dag duikt tijdens een klassiek concert naast Ada Onno op, een journalist die via de dochter de vader wil overtuigen hem een interview toe te staan. Als hij een relatie begint met Ada en in het verleden van de generaal graaft, stoot hij op een proces over de gebeurtenissen in Tsjetsjenië, dat stopgezet was na de moord op een advocaat. Daarmee wekt hij Ada’s nieuwsgierigheid over het verleden van haar vader. Als Ada zelfmoord pleegt, is de Generaal ervan ervan overtuigd dat haar besef de dochter van een oorlogsmisdadiger te zijn, een ondraaglijke gedachte was geworden.
Als de generaal later op een theateraffiche in Berlijn tot zijn verbijstering een actrice ziet die sprekend op Noera lijkt, rijpt bij hem een plan. Als een meestermanipulator spant hij Otto de journalist en de actrice, de Kat uit het verhaal, voor zijn kar. Kat stemt in om een video op te nemen waarin ze Noera moet spelen. Wat ertoe leidt dat Kat zich ook Noera begint te voelen.
De generaal plant een afrekening waarvoor hij zijn medemisdadigers van weleer dankzij Onno, Noera en wat vuile chantage terug naar Tjetsjenië dwingt. Op die akelige plek in Tsjetsjenië volgt het eindspel.
Een bijzonder ingenieus componeerd boek, leerrijk en spannend tot de laatste regel, maar hier en daar wat langdradig.