Om de eerste aflevering van De Mol sedert 2003 zeker niet te missen, waren bijna één miljoen kijkers, onder wie de Grijze Man, op maandag 1 februari 2016 voor hun buis samengetroept. De jacht op De Mol is succesvol geopend, juichte de moedermaatschappij van Vier ’s anderendaags in een persbericht.
Dat Vlaanderen zoals bijna een decennium geleden opnieuw collectief zou vallen voor De Mol, was na die eerste aflevering voor de Grijze Man al even zeker als de Chinese klokjes die elk ogenblik goudgeel uit de knoppen zouden barsten. Wie is de Mol? De vraag brandde op ieders lippen.
De Grijze Man concentreerde zich tijdens die pilootaflevering vooral op de presentator. Hij herkende de voormalige radiojournalist Gilles De Coster haast niet. Met een zonnebril op de Argentijnse zoutvlakte ontbolsterde hij zich tot een adonis die rijp is voor Temptation Island, van zodra men daar ook zou selecteren op de hersens van de deelnemers.
De eerste reeks van De Mol, oorspronkelijk bedacht door de Woestijnvismannen Bart De Pauw, Tom Lenaerts, Michiel Devlieger en Michel Vanhove, was in 1998 op de VRT te zien. Het werd een van de meest succesrijke Vlaamse televisie-uitvindingen ooit. Het concept vond kopers in meer dan vijftig landen. Het tweede seizoen van De Mol sleepte de Gouden Roos van Montreux in de wacht, de belangrijkste televisieprijs van Europa. De ontknoping van die tweede reeks kluisterde 1,9 miljoen kijkers aan de buis.
Ook het kabinet van de minister van Media was meteen in de ban van De Mol. Ilse en Ann, respectievelijk de secretaresses van de minister en van de kabinetschef, hingen een groot bord op de deur van hun gezamenlijke bureau. Ze nodigden alle medewerkers uit om na elke aflevering een gokje te komen wagen. Meedoen kostte 5 euro, de som van de inzetten was de winst voor de beste mollenvanger.
De minister reageerde prompt. De echte vraag is, mailde hij aan al zijn medewerkers, wie is de mol op ons kabinet? Met die schalks bedoelde vraag verpestte hij de dag voor de Grijze Man. Die dag was immers de naam gelekt van wie de toekomstige CEO van de VRT zou worden, zogezegd althans. Op Apache dan nog, een nieuwssite die een subsidie van de minister ving voor zijn journalistieke project ‘wat is nieuws?’. Wat de cowboy van Apache juist had, was dat de genoemde in de running was. Wat hij fout had, was dat er nog niet beslist was.
Tot op dat ogenblik wist immers haast niemand – op een aantal kabinetsmedewerkers na – dat de Mediaminister enkele dagen later de benoeming van een CEO voor de VRT op de agenda van de Vlaamse regering zou brengen. Maar ’s anderendaags stonden alle namen van de laatste kandidaten die door het selectiebureau geschikt werden bevonden, met de billen bloot in De Tijd, de krant die op de perscel van de minister van Media het meest gelezen wordt, dankzij haar op nieuws jagende journalisten.
De Grijze Man vreesde verdacht te worden van de lekken. De Apache-journalist was een generatiegenoot die de Grijze Man had leren kennen toen hij zijn eerste stappen in de journalistiek zette. En het artikel in De Tijd was mee ondertekend door de journalist waarmee de Grijze Man uitgerekend de dag voordien was gesignaleerd in zijn favoriete Italiaanse restaurant. Dankzij al het schoon vrouwvolk dat de Grijze Man daar al heeft binnengebracht, gaf de patron hem een vipkorting van 20 procent, op voorwaarde dat hij aan het venster ging zitten. Sindsdien komt de Grijze Man er bijna elke middag. Zoiets begint op te vallen natuurlijk. Zeker als hij juist op de dag vóór het lek in de vitrine heeft gezeten, deze keer met een man, met name die lelijkaard van De Tijd. Om zich te verdedigen, maakte de Grijze Man zich al met klamme handen op om te doen wat alle lekkende woordvoerders vóór hem deden en na hem zullen doen: blijven ontkennen. Maar de Grijze Man wás ook onschuldig.
De verdere afwikkeling van de aanstellingsprocedure van de nieuwe CEO van de VRT nam gelukkig de verdenking van zijn schouders weg. Dankzij alweer een zogezegd onthullend stuk in Apache. De cowboy schreef deze keer een zo mogelijk nog grotere blunder op het web. “Geen enkele kandidaat werd ( …) uitgenodigd voor een gesprek. Apache vernam dat de N-VA-ministers zo boos waren over de ‘operatie beschadiging’ ( …) dat ze erop stonden om hem te benoemen zonder verdere besprekingen.”
Hallo kroket? Heel de Wetstraat, journaille incluis, wist dat de laatste drie kandidaten wél op gesprek waren geweest. Minister-president Geert Bourgeois, toch iemand die her en der als N-VA’er bekendstaat, had dat immers nog vóór de Apache-onthulling online stond, in een live door de VRT-nieuwssite uitgezonden persconferentie met zoveel woorden gezegd. De Apache-journalist had zich dus uitsluitend verlaten op een bron die duidelijk van toeten wist. Ten tweede had hij die bron niet gecheckt bij iemand die het wel kon weten. Ten derde had hij ook de nieuwsuitzending van de persconferentie niet bekeken, wellicht omdat hij dan nog driftig zijn stuk aan het tikken was.
Toen ze ‘s avonds, bij een Tongerlo Prior in Taverne Brosella, de commotie van de dag wegspoelden, zei de Grijze Man tegen zijn baas: “En zulke mannen geeft gij subsidies om de mensen te leren wat nieuws is?” “Ge weet toch dat ik aan de media niets te zeggen heb”, was zijn antwoord.
Die dag was Paul Lembrechts dus wel degelijk benoemd tot CEO van de VRT.
*In juni 2016 verscheen van minister Sven Gatz “Over de media heb ik niets te zeggen”, een boek over media, met vele medewerkers van een hoog niveau. Elk hoofdstuk van Sven Gatz in dat boek, wordt besloten met een column van De Grijze Man. Bovenstaande column volgt op het derde hoofdstuk, “Content over onze content”. Het boek is uitgegeven bij Van Halewyck en voor € 16 verkrijgbaar in de boekhandel.