Drie vaders in een Ka

Hoe zijn we er toch in geslaagd met drie mannen in deze auto op reis te gaan naar Frankrijk? Dat vroeg de Grijze Man zich af toen hij de Ford Ka parkeerde aan het station. Onder een vettige Belgische motregen repte hij zich naar het overdekte fietsenrek. Voor het eerst na zijn vakantie ging hij terug werken, verscheurende pijn aan zijn goesting.
Dat de Grijze Man zijn Franse vrienden zou bezoeken, was al maanden geleden zo afgesproken. Hij had zelf aan zijn vrouw voorgesteld om met de Ka te rijden. Dan kon zij tijdens zijn afwezigheid vrij genieten van de grotere gezinswagen. Maar toen de dag van het vertrek naderde, bleek de Grijze Man niet alleen op reis te zullen gaan. Zijn twee Franse vrienden waren op bezoek in België. Wat een toeval.

De ene was uitgenodigd voor een feestje bij een derde vriend wiens vrouw vijftig was geworden en hij wou zijn overkomst bij wijze van verrassing zo lang mogelijk geheim houden. De andere moest ook op dat feestje zijn, om er live liedjes van de betreurde Johnny Cash ten gehore te brengen en natuurlijk ook om flink mee te vieren. De Grijze Man zelf was ook uitgenodigd op dat feestje, naast vele andere oude en jongere vrienden en bekenden. De vrouw van de Grijze Man zag al van ver een kater om de hoek loeren. Voor de veiligheid vertrokken ze daarom met de fiets.

De twee Franse vrienden hadden ook een veilig transport bedacht. Ze waren naar België gevlogen. Met de Grijze Man konden ze dan mee terug naar hun riante doeningen in Frankrijk. De ene vriend woont met zijn gezin al een jaar of vijftien in het gehucht Les Tillets, een half uur rijden van Figeac in de Lot. Dat gehucht op een heuvel kent de Grijze Man goed omdat zijn zus er ook enkele jaren heeft gewoond. Maar het was zo ongeveer tien jaar geleden dat hij er nog kamperend in zijn tent bij de ochtendstond werd gewekt door koeienbellen. Tegenwoordig verhuurt de vriend vakantiewoningen en runt hij een bouwbedrijf.

De andere vriend verhuisde pas recent met zijn vrouw naar de door bossen omgeven negorij Sourdioux in de Limousin, veertig minuten rijden van Limoges. Ze zetten hun wijnbar stop, verkochten hun hebben en houden en schaften zich met de opbrengst een Frans domein aan met een ruim woonhuis, een enorme schuur, een vakantiehuis en een wei met een verwarmd zwembad in.

De drie vrienden hebben veel gemeen: een lange zalige jeugd bij de scouts, waar ze van kwajongens opgroeiden tot mannen die nog een echte legerdienst hadden vervuld. Ze delen hun zin voor avontuur, de smaak voor lekker bier, een voorliefde voor de betere rock’n roll en de hang naar regelmatig doorzakken waaraan hun vrouwen door de jaren heen gewend zijn geraakt.

Met minstens één dikke kater waren ze dus op zondagochtend vóór zonsopgang in de rodeFord_Ka Ka van de Grijze Man gekropen. Van de drie wist die laatste het meest van boeken en politiek maar het minst van auto’s. Hij kende niet eens de cilinderinhoud van zijn eigen stokoude Ka’tje. Hij had wel de wijze raad opgevolgd om de bandenspanning te controleren alvorens de volgeladen mini-auto honderden kilometers zuidelijk over Franse wegen te sturen.

De Ka had geen airco, geen cruise control, geen dodehoeklampje aan de spiegels, … zelfs nauwelijks iets dat voor een koffer door kan gaan. Op de Franse heuvels onder Parijs tuften ze aan 90 kilometer per uur op de speciale strook voor Hollandse sleurhutten en Poolse tientonners met aanhangwagen. Steil bergaf klom de kilometerteller tot 135 per uur en begon het stuur vervaarlijk te daveren.

Het kleine Fordje bleek zelfs over een optie te beschikken, waarvan de Grijze Man pas tijdens de reis naar Frankrijk het bestaan heeft ontdekt. Tussen de centrale spiegel en het interieurlichtje in het dak van de wagen bevond zich een klein en strak geconcipieerd opbergnetje. Het heeft nooit dienst gedaan, maar was de uitgelezen plek om het ticket van de péage te bewaren. Een ander nuttig instrument in de auto was de koeltas van het merk Renmans, op de achterbank vastgegespt en bediend door de achterbankzitter. Desgevraagd haalde die er voor de co-chauffeur fris antikaterwater van Badoit uit, voor de chauffeur ijsthee van het huismerk van Delhaize, of voor iedereen melksandwiches met Hollandse kaas en salami.

De Ka was gelukkig nog voorzien van een radio-cd-speler, waarin de laatste schijven van Dylan en Springsteen werden geduwd. Ze waren helaas alleen verstaanbaar voor de bestuurder en copiloot. De man op het achterbankje moest zich voorover buigen tussen de voorzetels om op basis van flarden de hem bekende nummers te herkennen en de conversatie te volgen. Dat lag niet zozeer aan de slechte kwaliteit van de cd-speler of de twee boxen in de voordeuren, maar aan de razende motor en ontoereikende geluidsisolatie.

Het werd een niet zo comfortabele maar wel memorabel prettige reis. Pas achteraf realiseerde de Grijze Man zich dat de drie inzittenden voor het eerst samen iets nieuws deelden: een dode vader. Dat kenmerk was bij de twee vrienden van de Grijze Man nog vers. Zij waren voor de begrafenis van hun respectievelijke pa’s het afgelopen jaar naar België moeten reizen.

De vaders van vijftigers zijn strenger dan de vaders die ze zelf vandaag zijn, bedacht de Grijze Man. De ene vriend kreeg klappen op zijn kop, weliswaar van zijn moeder, omdat hij geen plastron wilde dragen op zijn eigen trouwfeest maar wel een bolo tie en geen deftige molières maar zijn rockabilly-puntschoenen. De tweede moest op zijn zestiende bij zijn vrienden de vernedering ondergaan dat zijn pa hem al om 12 uur kwam halen op de scoutsfuif die hij zelf mee organiseerde om het kamp mee te helpen betalen.

Het strafste verhaal vertelde de laatste. Pas nu, na zoveel jaren volgehouden geheimhouding, kon in de Ka de stoot verteld worden van de eerste joint die een van de vrienden had gerookt, op kamp bij de verkenners dan nog. Moesten de vaders dat toen te horen hebben gekregen…

Als de vriend in zijn slaapzak lag te blowen begon het plots zo te knetteren in zijn hoofd dat hij dacht dat de patrouilletent in brand stond. Waarop hij in paniek maakte dat hij uit die tent was en er brand! brand! schreeuwend twee rondjes omheen liep. Om even later, door een trawant dringend tot stilte aangemaand en terug bij zijn zinnen, vast te stellen dat zijn slaapzak onherstelbaar was opengescheurd. In de roekeloze vlucht uit de tent was hij aan een piket van het gesjord slaapstaketsel blijven haperen.

In die jaren waren slaapzakken nog niet voor de prijs van vier Duvels te koop in de Aldi.

Dit bericht werd geplaatst in De Grijze Man, reizen, vriendschap en getagged met , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s