Blote borsten tegen het leed van Spaanse stieren

De eerste helft van augustus is traditioneel het hart van de komkommertijd in de wereld van het nieuws. Dan komen dingen in de media die in andere tijden op redacties niet over de drempel geraken. In enkele kranten las ik bijvoorbeeld dat werknemers van een cosmeticaketen in winkelstraten in Brussel, Antwerpen en Gent uit de kleren gingen, op een slipje na, zich met op bloed gelijkende rode verf besmeurden en getooid met de banderilla van een torero op de stoep gingen liggen, op een laken weliswaar. Stoepen in steden hebben een slechte reputatie. Ze droegen de banderilla ook niet zoals de stier die doorgaans moet verdragen.

De vrouwen protesteerden daarmee tegen het voornemen van de Spaanse conservatieve regering om de corrida’s als cultureel erfgoed te erkennen. De cosmeticaketen betaalt mij niet om zijn promotie te voeren maar verlangt klaarblijkelijk van zijn werknemers wel dat ze bij wijze van ludieke actie bloot op straat gaan liggen met een roodgele stok op de rug om een politieke boodschap te verkondigen. Politiek? Mijn oor. Een marketingstunt, denk ik dan.

Daarom zal ik die keten dus niet noemen.  “Wij zijn niet alleen tegen testen op dieren voor cosmetische doeleinden, maar tegen het zinloze lijden van dieren in het algemeen”, verduidelijkte een vrouw in monokini het tafereel aan een belangstellende reporter van Het Laatste Nieuws (9 augustus). “Daarom willen we het probleem van de stierengevechten vandaag overal aan de kaak stellen.”

Als prille tiener had ik enkele jaren een prachtige vierkleurenposter van een beroemde torero op mijn kamer hangen. Uit de Andalusische stad Cordoba was de poster me geschonken door een jonge tante die in warme streken op vakantie ging toen mijn ouders dat nog niet konden of wilden betalen. Wij waren dan ook met vier kinderen. Vandaar misschien mijn jeugdige bewondering voor de bravoure van toreadors. Wie dacht toen aan het leed van de stier?

Alvast Ernest Hemingway niet. Al enige tijd stak in de rekken van onze bibliotheek eendood in de namiddag boek van de Nobelprijswinnaar mijn ogen uit: Dood in de namiddag. Ik heb van Hemingway al veel moois gelezen, maar wat de achterflap “zijn epos over de klassieke kunst van het stierenvechten” noemt, waarin hij “de toppen van zijn kunnen bereikt”, had ik nog niet geconsumeerd. Dankzij de komkommer van die vrouwen die hun borsten ontbloten om Spaanse stieren te redden van de status van cultureel erfgoed, trok ik het boek dan toch uit zijn rek.

Het eerste hoofdstuk begint ijzersterk. Niet het lot van de stier beroert het tere hart van de klassieke meester in de kunst van het schrijven. Hij toont zich vooral bezorgd over de paarden die op de horens van een stier aan een vreselijk einde komen. Ik herinner eraan dat het paard in de tijd waarin Hemingway zijn meesterwerken schreef, voor de mens nog een edel strijdros, onmisbaar vervoermiddel en trouw lastdier was. De bekommernis blijkt enkele regels verder al relatief: “Ik heb ze gezien”, schrijft hij, “die – noem ze maar – ontdarmingen, om gelijk maar het ergste woord te gebruiken, en ze waren vanwege de timing erg grappig.”

Grappig, paarden bij wie de darmen uit de buik vallen? Alleen vanwege de timing: daarmee bedoelt Hemingway dat op het moment dat hij zijn boek schrijft (het werd voor het eerst gepubliceerd in 1932), de buiken van de paarden al met een gewatteerde deken moesten worden beschermd. “Die gewatteerde dekens”, noteert Hemingway, “voorkomen dat er nog afstotende taferelen plaatsvinden, die vreemdelingen en toeristen zo met walging vervullen.” En, zo gaat hij profetisch verder, “ze zijn de eerste stap naar het verbod om stierengevechten te houden. Het stierengevecht is een Spaans instituut; het heeft niet bestaan vanwege de vreemdelingen en toeristen maar altijd ondanks hen, en elke stap om het gevecht zo te veranderen dat het hun goedkeuring kan wegdragen, wat nooit zal gebeuren, is een stap naar het volledige verbod op het stierenvechten.”

En kijk. In 2010 zette uitgerekend het Catalaanse Parlement met een ruime meerderheid die ultieme stap. Het initiatief voor het verbod kwam van een brede burgerbeweging tegen de wreedheid van de corrida’s voor de stieren. Maar Catalonië is niet heel Spanje. Als reactie kwam er een petitie met 590.000 ondertekenaars die het Spaans Parlement voortstuwt om het stierenvechten als cultureel erfgoed te beschouwen, waardoor ze van de regering cultuursubsidies zouden kunnen krijgen, aldus een artikel uit De Tijd (6 juli).

Bij ons in België zou zoiets natuurlijk meteen communautair uitgelegd worden. Maar wereldwijd, van in Latijns-Amerika tot in het filiaal van een cosmeticaketen in de Brusselse Louisastraat, lokt het voornemen van de Spaanse conservatie regering nu protest uit. En hoe kan het anders, ook in Catalonië zelf. In de Catalaanse hoofdstad Barcelona protesteerde een vijftiental naakte vrouwen aan een shoppingcentrum. Volgens de Spaanse voorzitster van de dierenrechtenvereniging AnimaNaturalis worden de corrida’s nu al jaarlijks geholpen met 500 tot 600 miljoen euro, die afkomstig zijn van de EU-subsidies voor… de veeteelt. Echt waar, het stond al op 23 mei in het Belang van Limburg.

Tja, straks is het weer de schuld van Europa. Wat mij betreft is het culturele erfgoed van het stierenvechten in Spanje voldoende beschermd met de vele fraaie arena’s als stille pleisterplaatsen. Uiteindelijk is ook het Romeins Colosseum erfgoed, maar niet de gladiatorengevechten.  We hebben bovendien nog de posters, foto’s en films van torero’s, van paarden en stieren uit het verre en nabije verleden.

En het boek van Hemingway. Dood in namiddag telt meer dan 300 bladzijden. Het bevat zelfs een verklarende woordenlijst van 73 bladzijden met Spaanse begrippen, termen en uitdrukkingen die bij het stierenvechten worden gebruikt, alfabetisch gerangschikt. Nu verder lezen hoe deze literaire stier het toppunt van zijn kunnen bereikt.

Lang leve Catalonië!

Dit bericht werd geplaatst in geschiedenis, kunst, literatuur, media, politiek, reizen en getagged met , , , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

4 reacties op Blote borsten tegen het leed van Spaanse stieren

  1. Dries Bergen zegt:

    Je schrijft “bij ons zou zoiets natuurlijk meteen communautair uitgelegd worden” wel ik kan je verzekeren dat het in Spanje en Catalonië niet anders was.. Voor de Catalanen in het algemeen en de Catalaanse nationalisten in het bijzonder was dit gefundeness fressen om aan te tonen dat Catalonië niet Spanje was en dat speelde zeer zeker heel erg mee in de zeer ruime meerderheid die het verbod in het Catalaanse parlement kreeg en actie is natuurlijk altijd gelijk aan reactie..

    Like

    • Interessant Dries, als ik dat een beetje oprek kan je dus stellen dat in Spanje nationalisten de strijd om de rechten van de stier niet enkel beschouwen als een onderafdeling van de strijd om de rechten van het dier maar ook als een manier om hun identiteit tegenover de Spaanse te plaatsen. En omgekeerd, dat de reactie bij Spaanse unitaristen desnoods een culturele identificatie met een traditie van stierenmishandeling kan impliceren als daarmee de nationalisten maar een hak worden gezet…

      Like

      • Anoniem zegt:

        Terminologie is niet helemaal juist: het gaat hier om een strijd tussen Catalaanse nationalisten en Spaanse nationalisten, die ook natuurlijk unitaristen zijn.. zoals in België de strijd ook meestal gaat tussen Vlaamse nationalisten en Belgische nationalisten (hoe deze laatsten zich ook noemen..)..

        Like

  2. Dries Bergen zegt:

    Peter, kijk naar de discussie die momenteel in Franstalig België volop woedt over Waals nationalisme en hoe hij dat plaatst t.o.v. een bepaald Vlaams nationalisme.. Het mechanisme, de technieken en vooral de doelstellingen zijn identiek met het stierengevechtendebat in Catalonië en Spanje..

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s