In de gemeentelijke bibliotheek van Haacht heeft de Grijze Man onlangs een nieuwe afdeling ontdekt. Het is misschien wel de kleinste die zijn dorpsbibliotheek rijk is.
Hij zag het bordje hangen en moest daarna nog een poos zoeken voor hij de afdeling had gevonden. Ze telt maar één boekenplank. Het is de onderste plank van een reeks boekenrekken opgesteld in een vierkant waar ook de boeken van enkele andere kleinere afdelingen een onderkomen hebben gevonden. De afdeling die de Grijze Man na bijna een minuut vruchteloos zoeken tussen de ruggen eindelijk vond, is de erotische literatuur.
De Grijze Man screende de auteursnamen op de ruggen tot zijn rechterwijsvinger bij de naam Roche halt hield en Vochtige Streken uit de spannende rij peuterde. Een tipgever had de Grijze Man het boekje aangeraden. In reliëf was op de rode omslag naast de naam van de auteur en de titel in het wit alleen de afbeelding van een huidkleurige wondpleister gedrukt.
Eigenlijk stond de debuutroman van Charlotte Roche uit 2008 helemaal onderaan het boekenlijstje waarmee de Grijze Man naar de bibliotheek was gestapt. Het was een schandaalroman, “een smerig boekske” volgens de tipgever, die wel meteen een bestseller werd. De Grijze Man koos dan toch maar voor het seksboek, als laatste redmiddel zeg maar om de bibliotheek niet zonder boeken te moeten uitlopen.
De boeken van John Williams waren immers alweer uitgeleend en daarna nog weken gereserveerd. Idem voor Hout van Jeroen Brouwers. Een nog niet gelezen roman van John Steinbeck die volgens de computer aanwezig was, stond niet op zijn plaats in het rek. De beduimelde reisgidsen van Portugal of Corsica vond hij te oud want uit ervaring heeft hij geleerd dat in een onbekende stad watertandend een restaurant zoeken dat van de aardbodem verdwenen lijkt, een vakantieavond kan vergallen. En het derde deel van de Nederlandse vertaling van Hilary Mantels trilogie over de Franse Revolutie was nog altijd niet aangekocht. Gelukkig was er in de partnerbib van Boortmeerbeek wel een sprinter van John Williams, die hij door de vriendelijke medewerkster aan de balie meteen liet blokkeren en overkomen.
De volgende ochtend op de trein begon de Grijze Man te lezen. Al gauw diepte hij zijn rode boekje op waarin hij de dingen opschrijft die hem treffen. Zoals een zin uit een boek. Hij noteerde een zin uit bladzijde 18 van Vochtige streken. Het zou teveel schandaal verwekken hem hier te vermelden. De Grijze Man las verder. Maar dan bedacht hij zich. Ook de volgende zin noteerde hij. Hij dacht, dit is wel echt straffe kost. En hij noteerde nog een derde en een vierde zin. Toen stopte hij met schrijven. Hij keek rond zich terwijl zijn fantasie op hol sloeg. Maar hij vermande zich weer. Waarheen leidt dit geschrijf, dat toch niet geschikt is om door een breed publiek te worden gelezen, dacht de Grijze Man, terwijl de enige verandering die zijn medepassagiers in hem konden opmerken zijn rood gloeiende oortjes waren.
Hij stuurde een sms naar de tipgever, om hem te laten weten dat hij aan het opwindende boek was begonnen. De tipgever antwoordde met gepast gevoel voor mysterie: ‘nu nog opwindend, maar uw goesting zal rap over zijn.’ Dat geheimzinnige antwoord vervulde de Grijze Man met spijt. Want eigenlijk had hij, door de wending in het verhaal en de afbeelding op de cover, wel al een idee wat de tipgever zou kunnen bedoelen. Maar het antwoord maakte de Grijze Man ook weer nieuwsgierig. Spijt en nieuwsgierigheid, het lijken twee tegengestelde gevoelens. Wat een vreemde combinatie. Nu ja, pijn en genot zijn ook twee sensaties die in de erotiek wel eens heerlijk dicht tegen elkaar kunnen liggen.
De Grijze man zuchtte. Boeken zijn toch vreemde dingen. Het zou nochtans allemaal veel simpeler kunnen, bedacht hij, als de bibliotheken eens eindelijk op een deftige manier het digitale tijdperk zouden betreden. In het digitale tijdperk, dacht hij verder, moet het toch mogelijk worden dat bib-klanten tegelijk hetzelfde e-boek ontlenen. Nooit nog wachten omdat Stoner of Butcher’s Crossing al ontleend waren en nog weken lang gereserveerd zijn. En had de bibliothecaresse niet zuchtend van…, ja van wat, van weemoed of heimwee misschien, twee gevoelens die ook gemis en pijn met genot mengen, gezegd dat die Butcher’s Crossing hem onder de nagels zou kruipen, ja zo zei ze het, ook iets dat je onmogelijk leuk kan noemen?
Maar eerst hoopte de Grijze Man die combinatie van spijt en nieuwsgierigheid te ontrafelen. Stel je voor, dat hij die kans door elektronisch Williams te lezen en Roche dus niet, misgelopen was.