Een collega zwaaide af

Een kleine twintig jaar van zijn leven heeft hij hier gespendeerd. Hard gewerkt wanneer dat werd verwacht, wat rustiger als het kon. Veel verstandige praat verkocht, intelligente nota’s geschreven en spitse tussenkomsten bedacht. En vooral: hij heeft aan deze politieke hectare een toffe vrouw en een vriend voor het leven overgehouden.

Vorige week vierden we de afzwaai van een gewaardeerde collega. Zoals dat met een cliché wordt omschreven, hij zei dat hij aan een nieuwe uitdaging toe was. Ik kan dat beamen. Maar de diepe zucht die hij na zijn woorden liet ontsnappen, bevatte nog meer waarheid.

Net nu de laatste junizon de studentinnen op wiens appartement onze kantoormodule uitkijkt, heeft overtuigd om zich in bikini op hun balkon te laten bruinen, heeft hij zijn bureau ontruimd. Het is wennen hem ’s morgens niet meer dag te kunnen zeggen als ik de laptop aan en de airco uit zet en de behoefte om een spraakmakend verslag over het politieke nieuws van gisteren te becommentariëren al op een vroeg uur om bevrediging vraagt.

Met de collega die ik nu ’s morgens geen goeie dag meer kan toewensen deelde ik genoeg interesses en passies in geschiedenis, literatuur, muziek, film, politiek of het vaderschap om de grote verschillen die tussen ons bestaan te overbruggen zonder ze te willen weggommen. Met spijt omdat ik de kansen de voorbije jaren niet altijd gegrepen heb, besef ik pas nu dat we nog veel hadden kunnen delen.

Op de receptie die hij ter gelegenheid van zijn vertrek had georganiseerd, was niet zoveel volk aanwezig. De postelectorale neerslag van 25 mei zal daar een rol in hebben gespeeld: heel wat vertrouwde medewerkers zijn met vakantie. Sommigen hebben zelf hun kantoor al moeten leeg maken of verhuisden binnen de hectare naar een andere post. Nog anderen vonden een excuus of werden niet gemist.

De baas hield een korte maar doorvoelde toespraak die zinderde van waardering. Ook boven zijn toekomst hangt de dreiging van een nieuwe invulling, zij het niet omdat hij zei aan een andere uitdaging toe te zijn. Wie enige routine heeft in dit atypische métier in de coulissen van de Wetstraat, weet dat een generaal zelden zorgzaam met ervaren troepen omspringt en vaker het lef heeft om volgers te bevelen dan de moed om als eerste recht te staan en een brug over te steken onder vijandelijk vuur.

Gelukkig waren de vrouw en de beste vriend wel van de partij, zij het die laatste niet meer van dezelfde. In de gemoedelijke sfeer van collega’s die vrienden kunnen zijn, hoeft niemand zoals in het theater van een halfrond of met de neus in de lucht voor een camera de waarheid pegasuste verdraaien om een punt te kunnen scoren. Daardoor was het geen vaarwel maar een uiterst prettige afzwaai die, zo bleek tot mijn verbazing de ochtend nadien, een kleine twintig flessen lang heeft geduurd.

Tegen welke nieuwe collega zal hij nu met evenveel gloed kunnen vertellen wat hem deze keer geraakt heeft op de landingsstranden van Normandië? En of de keuken in de Ferme de la Rançonnière in Crépon, op een boogscheut van Arromanches, nog altijd zo voortreffelijk is? Tussen haakjes, Geert: het museum aan de Pegasusbrug moet ik nog bezoeken.

Dit bericht werd geplaatst in geschiedenis, politiek, vriendschap en getagged met , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s