’s Ochtends is Roquefort wel wakker. Het is druk in het dorp langs de straten waar de merktekens van de Sentier Cathare ons de weg wijzen van onze laatste wandeltocht naar Port-la-Nouvelle. Een kwartier later stappen we langs een nieuwbouwwijk aan de dorpsrand terug tussen de wijngaarden, zij het nog op een asfaltweg. Via een tunnel lopen we twee kilometer verder onder de snelweg A9. Tien minuten later dwarsen we de D6009 en versmalt het asfalt tot een vertrouwd brokkelig pad, dat na driehonderd meter begint te stijgen.
De laatste klim van de Sentier stijgt op een korte afstand zo’n 140 meter, die een mens ook in de vroege ochtend doen zweten. We bereiken een plateau waarop het nu weer brede pad gedurende een kilometer of twee langzaam daalt. In de verte zien we boven de heuvels windmolens wieken maar de zee laat zich voorlopig niet zien. Als de zandweg terug lichtjes omhoogloopt, zien we van op de heuveltop eindelijk de Middellandse Zee en de lagunes rond Port-la-Nouvelle liggen. Op dat moment hebben we al een kilometer of zes gewandeld, de helft van onze kortste dagtocht.



Langs de kant van de weg nemen we een uitgebreide rustpauze om te picknicken. Het is weer zo’n hete dag van boven de 30°C. Bart en ik trekken onze bezwete T-shirts uit en hangen ze over de struiken te drogen. Als we verder stappen, nemen mijn broer en schoonzus weer wat voorsprong. De zee lonkt en lokt.
Waar de sentier aansluit op een toegangsweg naar de met windmolens bezaaide heuvelkammen, wordt de verharde zandweg zo breed als een drievaksbaan. De bouwwerktuigen om die mastodonten in de Corbièresheuvels te planten moeten wel heel groot zijn.
Tussen de windmolens wandelend zetten we de afdaling naar Port-la-Nouvelle in. We hebben nu permanent zicht op de zee, de kust en de lagunes in de buurt van La Palme ten westen en van Sainte-Lucie ten oosten van Port-la-Nouvelle. Er wordt aan zoutwinning gedaan. Heel wat van die zoutwinningen, meren en lagunes zijn natuurreservaten, maar dat weten we op dat moment nog niet. In de beschermde natuur hebben flamingo’s een thuis gevonden.



Hoe dichter we Port-la-Nouvelle naderen, hoe lelijker we de stad vinden. Langs de rand liggen behoorlijk wat fabrieken en andere industriële gebouwen. De laatste vlakke kilometers lopen we tussen het lawaai van graafmachines, drilboren en zware vrachtwagens. Vanuit de natuur loopt de het pad plots naar een drukke rotonde op de D709. Links ligt een Aldi op een bedrijventerrein, rechts een zoutvlakte en vóór ons een spoorwegbrug, waar de rood-witte strepen ons over gidsen.
We zijn benieuwd hoe het startpunt van de Sentier Cathare eruit zal zien. De Sentier vertrekt van het treinstation van Port-la-Nouvelle en loopt dan 220 kilometer westwaarts naar Foix. Langs een grote boulevard lopen we tussen de appartementsblokken en een vakantiecentrum met houten huisjes naar het station, helemaal in een uithoek van Port-la-Nouvelle. Daar wacht ons een ontgoocheling. We vinden het laatste rood-witte teken van de GR inderdaad vlakbij het stationsgebouw. Maar nergens zien we een infobord met wat uitleg om de wandelaar diets te maken dat hier de roemruchte Sentier Cathare start.
We stappen van het station verder naar de jachthaven. Een lange, saaie weg langs de kant van het water voert ons eerst voorbij loodsen, haven- en andere bedrijfjes langs de kade. Er ligt een marineschip in de haven. De bemanning is er flink aan het poetsen. In de jachthaven liggen heel wat mooie en grote zeilboten. We zijn naarstig op zoek naar een havencafé met terras om onze dorst eens met wat anders dan warm water te lessen, maar pas twee kilometer verder komen we aan een plein eindelijk aan de afslag voor de zeedijk van Port-la-Nouvelle.
Links voor ons uit op het strand zien we een groot restaurant liggen. Moules à volonté lezen we al van honderd meter ver op de muur. Meer moeten Bart en ik niet weten. We zetten ons aan een tafeltje en bestellen mosselen en halve liters bier. De vrouwen bestellen iets anders, een slaatje of zo. Bart en ik eten onze pot mosselen leeg en bestellen nog een nieuwe. Het smaakt. Er kan ook nog een bier bij.


Daarna nemen we onze intrek in het hotel dat Bart gereserveerd heeft. Eén van onze kamers heeft zicht op zee. We spelen kop of munt en Marianne en ik winnen. Daarna gaan we zwemmen. Het water van de Middellandse Zee is heerlijk. We blijven nog een dag in Port-la-Nouvelle chillen en gaan in Sigean op zoek naar de flamingo’s. We eten lekkere maar wat kleinere tapa’s dan in Spanje, bezoeken een marktje, doen een wandelingetje, slurpen een reusachtige ijscoupe leeg, gaan nog eens zwemmen en als we niet weten wat te doen, stranden we op een terras. Het zomerseizoen loopt in deze streek op z’n laatste benen.
In Lissabon heb ik enkele jaren geleden een T-shirt gekocht met een Portugees citaat van de schrijver José Saramago: “O fim duma viagem é apenas o começo doutra. É preciso recomeçar a viagem. Sempre.” Of in het Nederlands: “Het einde van een reis is slechts het begin van een andere. Je moet de reis helemaal opnieuw beginnen. Altijd.” Tijd dus om een nieuw projectje te bedenken.
Prachtig , jullie hebben het goed gedaan 👍🍀👍
LikeLike
Dank je wel!
LikeLike