Tussen de plooien is het fijn

Ik hou van strijken. Ik kan het een volle mand uithouden. Met mijn hoofdtelefoon op mijn hoofd laat de strijk me toe te freewheelen, zoals mijn geest dat ook bij het lopen kan. Ik kom op ideeën, laat me raken door een lang niet meer gehoord liedje, herkauw gebeurtenissen, relativeer al wat niet aangenaam om meemaken was, neem me voor om eens over mijn hart te strijken, bedenk onderwerpen voor schrijfsels (QED). Tussen de plooien vind ik het fijn ze glad te strijken.

Ik ben er ooit aan begonnen uit boosheid, na een of andere ruzie waarvan ik de strijkaanleiding ben vergeten, wellicht over de verdeling van het huishoudelijk werk. Ik moest dus mijn strijk maar zelf doen. En terwijl de stoom me meer de oren dan het ijzer uit kwam deed ik het, want ik wou niet toegeven dat ik dat niet zou kunnen. Ik kon het, na enkele spijtige mislukkingen, en ik bleef het doen. Ik legde na verloop van tijd ook de makkelijke spullen van de kinderen en nog later die van mijn vrouw onder het ijzer. Want ik ontdekte dat ik aan strijken een bizar genoegen beleef.

Het is geen genoegen waar mannen graag mee uitpakken. Toch is de strijk een tijd geleden voer geweest voor discussie op een dinsdagavond, mijn mannenavond. Op dinsdagavonden vergader ik trouw met een resem dierbare vrienden in sportcafé Den Dijk. We bespreken hoe we de wereld kunnen verbeteren, we kijken met een scheef oog naar het voetbal op het grote scherm (een enkeling weigert pertinent te kijken), we spelen een gezelschapsspelletje en we knabbelen een kaasje (een enkeling een vleesje) en oké, ik geef het toe, we drinken iets, maar zelden meer dan drie duvels. Voor de meeste mannen is het ’s anderendaags al vroeg werkdag.

Op zo’n dinsdagavond lag daar ineens de strijk op de cafétafel. Er bleek dat ik niet de enige ben die al eens strijkt. Ik was wel de enige die het graag deed en ik was, als ik mijn hersens pijnig, ook de enige die het zo vaak doet, of toch de enige die toegaf meer en langer te strijken dan te…, tja die details zijn minder geschikt voor publicatie.

Tijdens de discussie bleek dat in sommige gezinnen de T-shirts niet meer worden gestreken. Wie ziet dat, als je er een sweater of een hemd over trekt, zei iemand. Tja, dan zou mijn strijkberg wel een stuk minder groot zijn, dacht ik.

In sommige gezinnen worden ook de zakdoeken niet meer gestreken. Wie ziet dat, als je één keer je neus deftig hebt gesnoten, zei een tweede. Tja, ik vind zakdoeken strijken nog het leukst van al. Want zakdoeken strijken is heel simpel en gaat snel vooruit.

In sommige gezinnen worden de pyama’s, onderlakens of dekbedovertrekken niet meer gestreken. Geef toe, wie ziet het als je ’s avonds in je bed kruipt, merkte de eerste op. Op de onderlakens na, strijk ik die nachtstoffen wel. Ik hou van vers gestreken lakens en een rimpelloze pyama waarvan ik dan zeker ben dat hij niet naar mijn eigen zweet stinkt.

In sommige gezinnen worden zelfs de broeken niet meer gestreken. Toch de jeansbroeken niet, corrigeerde de tweede. Maar de eerste beweerde dat hij niet anders meer draagt dan jeans of jeansachtige katoenen broeken. Ik ben ook zo iemand. Maar ik geniet ervan een propere broek zonder kreukels aan te trekken.

Hemden strijken, dat duurt bij mij het langst. Vooral de mouwen vind ik moeilijk. Daar zitten soms van die plooitjes in die je maar niet recht- en gladgestreken krijgt. Maar daar maak ik me al lang niet meer druk over.

Strijken is een uitgelezen middel om mijn autisme bot te vieren, zei een goede gewezen collega me eens. Ik kick niet op de precisie van plooitjes, naden of franjes. De moeilijkste bloezen of jurken van mijn vrouwelijke huisgenoten sla ik over. Die blijven voor mijn vrouw. Anders zou ze het strijken wel verleren!

Een poos van rust aan de strijkplank heeft ook andere dan contemplatieve voordelen. Je wint er de bewondering mee van vrouwen, voor zover niet gefaket natuurlijk. Vooral dan van vrouwen die zelf niet graag strijken en bij wie de liefde van hun man niet zo zwaar weegt als een mand per week. En vooral van vrouwen die niet onder je dak wonen, moet ik daar aan toevoegen.

De tijd dat ik voor mijn strijkarbeid nog grote woorden van dank krijg van mijn eigen vrouw en volwassen dochters, ligt al een tijdje achter me. De macht der gewoonte, denk ik, geen slechte wil. Om hen te imponeren leg ik de strijk nochtans op mooie torenhoge stapels. Hun gestreken was wegleggen moeten ze zelf doen. Maar soms kan er bij hen toch een woord van respect van af. Dan glunder ik een wijl, verbaasd over de goede punten die ik scoor. En daarna kijk ik met argusogen of er geen aap meer in de mouw zit.

Dit bericht werd geplaatst in familie, samenleving, vrije tijd en getagged met , . Maak dit favoriet permalink.

2 reacties op Tussen de plooien is het fijn

  1. Jawel! omdat ik vind dat versgestreken nieuwe lakens aangenaam aanvoelen;)

    Like

  2. peetroons damien zegt:

    Uw artikel (hierboven) over “strijken” juist gelezen, in uitgesteld relais. Man, man…plezier aan beleefd. Net nu ikzelf in mijn leven mee betrokken ben geraakt met een strijkatelier (kampenhout-sas) dat we verhuren en die plaats zo hebben opgewaardeerd, na de passage van de vorige uitbater, nu is het woord “strijken” voor mij iets , waar ik bijna iedere dag indirect mee geconfronteerd wordt, sinds enkele weken. Dat zijn dan mensen die kiezen om hun strijk uit te besteden door een te druk professionele carrière en/of omdat ze het simpelweg misschien niet graag doen…Dat zijn misschien huishoudens, die niet het geluk hebben van over een nieuwe man te beschikken zoals jij “Peter”, en iemand die vrouwlief wil ontlasten met een huishoudelijke taak daarmee, Maar bovenal vindt ik de benadering van het therapeutische aspect van het strijken als bezigheid een zeer lovend gegeven, vol van positivisme, en met zin voor ordelijkheid en “een opgeruimd staat netjes-gevoel. Ook bij ons aan het strijkatelier ruik ik de propere was, de stoom en aanschouw ik de dames in hun lichtblauw T-shirtje, met slechts één overheersend gevoel : properheid. Zonder afbreuk te willen doen aan dergelijke”strijkateliers, ruitenwassers, hoveniers die vaak worden ingehuurd om klussen te doen, die meer en meer mensen met een éénzijdigere, tijdsrovende job willen uitbesteden, in deze neo-modernere maatschappij, (elk nadeel hebbe zijn voordeel en de éne zijn dood is de andere zijn brood), blijf ik het knap vinden, dat jij dat vol overgave als huiselijke klus op jou neemt. Chapeau, Peter. De plooien gladstrijken en tussen de plooien is het fijn…is alweer een literair hoogstaand artikel, dat met liefde is geschreven, precies zoals de was…die met liefde is gestreken. Van zulke literaire interacties hou ik wel. Dat je nog veel literaire inspiratie mag krijgen tijdens “het strijken”. We smullen er van, Peter…

    Like

Plaats een reactie